Virtual walled garden?

Virtual walled garden?
Garden

Er zit een golfbeweging in de oplossingen die we kiezen binnen de IT. Waar we begonnen met losse, niet gekoppelde systemen groeiden we naar een mainframe oplossing, via terminal server (oa Citrix) achtige oplossingen en dan nu weer meer werken op de endpoints zelf. Of we nu uiteindelijk ook nog een stap gaan zetten waarbij je hele PC eigenlijk vanuit de cloud draait (Windows 365 achtige oplossingen) gaan we de komende tijd ondervinden. Misschien is een virtuele walled garden wel een mooie omschrijving van een van de opties die je tegenwoordig tot je beschikking hebt.

Typewriter
Dit is pas lokaal werken

De wisselingen in de markt op dit gebied brengen een aantal fundamentele keuzes met zich mee over hoe je met je data en je endpoints om wil gaan. Om eens te verkennen wat er allemaal kan, wat gangbaar is en hoe ik dit zelf allemaal zie heb ik deze post geschreven.

Uitgangspunten en aannames

Allereerst een paar uitgangspunten en aannames die ik in alle scenario’s als standaard zie.

Voor het verzenden en ontvangen van mail ga ik uit van een Exchange Online of vergelijkbaar alternatief. In de Microsoft situatie zou ik altijd ATP meenemen voor het security component in je mailomgeving. Daarnaast is afhankelijk van de data waar je mee werkt ook verdere security wenselijk in de vorm van het (al dan niet autmatisch) labelen en detecteren van data die je organisatie binnen komt en uit gaat om te voorkomen dat je via deze route data lekt.

Email icon with notification
Email is misschien wel de makkelijkste weg om data te lekken

SaaS applicaties spelen ook een belangrijke rol in dit geheel. Alhoewel ik deze aanname in het dagelijkse leven niet zou maken ga ik er voor dit verhaal even vanuit dat SaaS applicaties compleet veilig zijn en geen concreet risico vormen in je IT landschap. Of dit daadwerkelijk zo is of niet is een artikel op zichzelf waard.

Alles centraal

Als we puur vanuit security en misschien ook wel compliance kijken is dit de optie waar we het meeste controle over hebben. En daarmee ook tot op zekere hoogte de meest “veilige” optie.

Alles centraal beleggen en vanuit daar regie voeren over wie waar bij kan. Dus zicht op welke applicaties en processen er allemaal draaien en daarmee ook volledige regie over alle “echte” endpoints (sessies). Dit zorgt er voor dat je ten alle tijden weet wat er gebeurt, wie wat doet en waar alles data verwerkt wordt. Gezien dit alles in je eigen (virtuele of fysieke) datacenter draait en achter je eigen firewalls op je eigen servers staat, weet je ook dat je zicht op alle data en processen compleet is.

Je hebt de optie om dit alles helemaal in eigen beheer te doen, of, zoals tegenwoordig meer gangbaar, in de public cloud. Ultiem maakt de keuze niet zo heel veel meer uit tegenwoordig. Voor het gemak ga ik in dit bericht uit van een Public Cloud optie (Microsoft Azure). Later is het misschien wel eens aardig om te kijken naar de nuances tussen een eigen datacenter en een public cloud oplossing.

Met oplossingen als AVD (Azure Virtual Desktop) of W365 (Windows 365) creëer je de virtuele werkplekken die gekoppeld zijn aan je centrale infrastructuur. Effectief vind alles dus in 1 gesloten netwerk plaats en zou de data los van alle gewenste uitwisselingen (mail, koppelingen, enz.) de organisatie niet mogen verlaten.

Met de juiste configuratie zorg je er voor dat het endpoint waar de gebruiker daadwerkelijk werkt (laptop/desktop/tablet) eigenlijk niet meer is dan een stepping stone naar je zakelijke omgeving.

Servers in a rack
Of het nou je eigen servers zijn of die van Microsoft, de data staat ergens op severs.

Deze aanpak levert vooral veel controle op over de omgeving en zorg je er voor dat je zicht hebt op alles wat daar gebeurt. Het risico is wel dat dat alle data gemakkelijk bij elkaar staat, en ja, met de juiste segmentatie van data, netwerken en servers kan je ook dit risico wel weer mitigeren, maar feit is wel dat het een risico is waar je over na moet denken.

Een ander risico is dat deze benadering vaak vanuit de organisatie benaderd wordt, met onvoldoende aandacht voor de echte werkwijze van de eindgebruiker. Wanneer een eindgebruiker niet kan werken zoals hij/zij dat graag wil bestaat het risico op “shadow IT“. Dit gebeurt niet uit slechte wil, maar eerder de drive om het werk goed te kunnen doen, met security awareness kan je de ongewenste aspecten van deze drive wel wat afvangen.

Alles decentraal

In de meest pure vorm komen we deze optie eigenlijk niet echt meer tegen tenzij het hele kleine organisaties betreft en die zijn niet echt de scope van dit bericht. Maar toch is dit het scenario dat het best te plotten is op de “modern work” oplossing zoals Microsoft deze ziet.

Bij het decentrale scenario hebben we geen (eigen of public cloud) server infrastructuur meer waar dedicated zaken als storage of applicaties gehost worden. Dat wil niet zeggen dat er geen centrale storage meer is, maar deze bestaat enkel nog uit SharePoint/OneDrive/Teams opslag.

Accounts staan in de Azure AD en mail wordt gerealiseerd via Exchange Online / M/O365. De clients waar de eindgebruikers mee werken zijn eigenlijk het middelpunt van deze omgeving, ze kunnen ingezet worden op alle locaties. Er wordt dus geen onderscheid meer gemaakt tussen eventuele kantoor locaties, thuis, de lunchroom om de hoek of de locatie van de klant.

Decentralized nodes
Alle nodes staan op zichzelf, er is geen centrale entiteit

In dit scenario zijn twee stromingen mogelijk, één waarbij de eindgebruiker zelf de vrijheid heeft om te installeren wat hij/zij wil gebruiken en één waarbij de gebruiker enkel de bedrijfsapplicaties kan/mag gebruiken.

Voor de eindgebruiker is dit de meest flexibele optie, zeker ook als ze de vrijheid krijgen om zelf te installeren wat ze willen gebruiken. Vaak is in deze scenario’s ook privé gebruik van het device tot op zekere hoogte toegestaan. Waar de gebruiker echter wel rekening mee zal moeten houden is dat er zeer uitgebreide monitoring van de endpoints plaats zal vinden, met als gevolg dat er onoverkomelijk ook inzage ontstaat in bepaalde privé gegevens.

Om dit model te laten werken is goed endpoint management een vereiste, samen met een goede security suite. In het Microsoft ecosysteem zijn dus Microsoft Endpoint Manager en Windows Defender cruciaal om controle te houden over de endpoints. Niet alleen wil je ten aller tijden weten wat er met de devices aan het gebeuren is, maar je wil ook de er geautomatiseerd geanalyseerd wordt of dat wat er gebeurt door de beugel kan.

Een andere belangrijke factor bij het decentrale model is het segmenteren van je data. Binnen een compleet gecentraliseerd model is er een risico op interne datalekken als de data segmentatie niet op orde is, maar bij een de-centraal model veranderd datzelfde risico ook in een verhoogde kans op grootschalige externe datalekken als een van de systemen gecompromitteerd zou raken.

Het segmenteren van data is een mooi onderwerp voor een ander artikel.

Hybride

Dit is denk ik inmiddels de meest gangbare variant. Gedreven door legacy software die nog niet als SaaS beschikbaar is (of niet gevangen kan worden in de diverse Azure Services) en daarmee eigen infrastructuur vereist. In dit scenario werken mensen deels op hun endpoints en eventueel aanvullend in een virtuele werkplek (AVD, Citrix, enz.) of eventueel met published applications.

Een andere reden kan zijn dat er op de achtergrond nog het nodige gebeurt op applicatieservers in de vorm van databases (ja, je kan ook in Azure SQL gebruiken als service, maar er zijn voldoende redenen waarom dat niet altijd kan). Of eventuele specifieke workloads die om diverse redenen lokaal dienen te gebeuren.

In dat laatste scenario kan je overwegen om dat deel van de omgeving volledig te scheiden van de rest van je omgeving. Een dergelijke segmentatie kan de veiligheid ten goede komen, maar dan moet het wel mogelijk zijn.

Hybrid car
Nee.. niet dit soort hybride..

Het grote nadeel van een hybride oplossing is dat je de mitigerende maatregelen van zowel de centrale als de decentrale omgevingen nodig hebt. Daarnaast kan het verwarrend zijn voor de eindgebruikers om met systemen en data te moeten werken die verspreid zijn over verschillende omgevingen.

Een hele andere probleemfactor bij de hybride oplossing is dat het risico op dubbelingen (data) in scenario’s met een centrale en een lokale werkplek aanzienlijk toeneemt. Daarbij wordt het ook moeilijker om al die data in het vizier te houden. Als er niet direct goed nagedacht wordt over waar je welke data wil laten en hoe je deze data gaat monitoren zal er vrij snel een situatie ontstaan waarbij je grote verzamelingen van dubbele en mogelijk oude data krijgt. Dit laatste is een aanzienlijk probleem als je ondertussen ook nog aan de regels van de AVG wil voldoen.

Mijn visie (de virtuele walled garden)

Wat zijn dan mijn verwachtingen voor de toekomst en wat zou mijn geprefereerde situatie zijn?

Zoals al wel gebleken zal zijn uit de eerdere punten ben ik groot voorstander voor vrijheid voor een groot deel van de eindgebruikers. Zolang zijn zich bewust zijn van het feit dat we de endpoints tot op groot detailniveau monitoren en verregaande automatisering toepassen op het mitigeren van de risico’s heb ik er geen moeite mee als er ook privé gebruik plaatsvind op de systemen.

Een beperking op het bovenstaande is wel dat wanneer er op grotere schaal met persoonsgegevens en zeker in de gevallen waarbij bijzondere persoonsgegevens verwerkt worden er geen ruimte is voor deze vrijheid.

En dat brengt me bij het concept wat ik de “virtual walled garden” zou willen noemen. In dit scenario trekken we een muur op rondom alle individuele endpoints en de volledige centrale omgeving, we brengen deze “centrale” omgeving en de endpoints vervolgens samen in een “virtual walled garden” . Tot op zekere hoogte zal dit altijd een vorm van een hybride omgeving zijn.

Indoor garden
Indoor tuin, met gecontroleerde toegangspunten en een gecontroleerde omgeving.

Binnen de muren van de virtuele “tuin” zijn er zones waarin andere regels gelden, maar waarbinnen de gebruiker voor zover ze geautoriseerd zijn vrijelijk rond kunnen “dwalen”. Moet je aan de slag met bijzondere persoonsgegevens die enkel met aanvullende beveiliging toegankelijk zijn? Maak dan gebruik van je AVD sessie. Wil je werken vanaf je thuis PC? Dat kan, dat systeem zelf is niet welkom in de “virtual walled garden” maar vanaf daar een AVD sessie opstarten om daar je werk te doen is geen probleem.

Diezelfde oplossing is ook toepasbaar op derden die werkzaamheden in je “tuin” moeten komen doen., Geef ze toegang tot een AVD sessie en je hebt volledig controle over wat ze daar wel/niet kunnen doen en hebt de risico’s van hun lokale endpoint voor een groot deel gemitigeerd.

Wat is dan een virtual walled garden?

De kern van deze aanpak is het segmenteren van de endpoints als individuele entiteiten en het encapsuleren van eventuele centrale infrastructuur. Door al deze compotenten samen in 1 omgeving met elkaar te verbinden (de virtual walled garden) krijg een best of both worlds scenario die effectief de hybride oplossing van eerder is, maar met een zeer hoge mate van integratie en modernisering.

Of je nou alle clients middels een always-on-vpn oplossing direct naar de virtuele tuin moet leiden is een vraag die per scenario bekeken zal moeten worden. Als de gebruiker enkel met Sharepoint/Teams/OneDrive data hoeft te werken en er een AVD achtige oplossing is voor eventuele aanvullende toegang is daar geen noodzaak voor.

In een dergelijk scenario zie ik de Microsoft 365 tenant als de virtual walled garden waar iedereen in werkt. In scenario’s waarbij meer infrastructuur bij komt kijken zou ik voor een verregaande integratie van de verschillende netwerk segementen gaan en dan is een always-on-vpn oplossing misschien wel op zijn plek.